Should you trust your first impression? - Peter Mende-Siedlecki

Kun je op je eerste indruk vertrouwen? - Peter Mende-Siedlecki

Vertaald door: Valérie Boor Nagekeken door: Els De Keyser

Imagine you're at a football game

Stel, je zit bij een voetbalwedstrijd

when this obnoxious guy sits next to you.

met een onhebbelijke vent naast je.

He's loud,

he spills his drink on you,

Hij is luidruchtig, morst zijn drank op je en bespot je team.

and he makes fun of your team.

Days later, you're walking in the park

Een paar dagen later loop je in het park

when suddenly it starts to pour rain.

als het plots begint te gieten.

Who should show up at your side

En wie laat je schuilen

to offer you an umbrella?

onder zijn paraplu?

The same guy from the football game.

Diezelfde vent van de voetbalwedstrijd.

Do you change your mind about him

Verander je van gedachten

based on this second encounter,

door deze tweede ontmoeting

or do you go with your first impression

of blijf je bij je eerste indruk

and write him off?

en ben je klaar met hem?

Research in social psychology suggests

Volgens onderzoek in sociale psychologie

that we're quick to form lasting impressions of others

vormen we snel blijvende indrukken van anderen

based on their behaviors.

door hun gedrag.

We manage to do this with little effort,

Dat lukt ons zonder inspanning

inferring stable character traits

We leiden stabiele karaktertrekken af

from a single behavior,

uit een enkele gedraging,

like a harsh word

zoals een botte opmerking of een onhandigheid.

or a clumsy step.

Using our impressions as guides,

Met onze indrukken als gids,

we can accurately predict

kunnen we goed voorspellen

how people are going to behave in the future.

hoe mensen zich in de toekomst zullen gedragen.

Armed with the knowledge

Wetende dat die kerel een kwal was die eerste keer op het voetbalveld,

the guy from the football game

was a jerk the first time you met him,

you might expect more of the same down the road.

zou je meer van hetzelfde kunnen verwachten.

If so, you might choose to avoid him

Zo ja, dan ontloop je hem misschien

the next time you see him.

bij een volgende ontmoeting.

That said, we can change our impressions

Desalniettemin kan onze indruk

in light of new information.

door nieuwe informatie veranderen.

Behavioral researchers have identified

Gedragsonderzoekers

consistent patterns that seem to guide

onderscheiden vaste patronen die bepalen hoe we onze indrukken herzien.

this process of impression updating.

On one hand, learning very negative,

Enerzijds heeft heel negatieve,

highly immoral information about someone

hoogst immorele informatie over iemand

typically has a stronger impact

normaal gesproken meer invloed

than learning very positive, highly moral information.

dan heel positieve, hoogst morele informatie.

So, unfortunately for our new friend

Dus, helaas voor onze nieuwe vriend van de voetbalwedstrijd,

from the football game,

his bad behavior at the game

weegt zijn slechte gedrag

might outweigh his good behavior at the park.

wellicht zwaarder dan zijn goede gedrag in het park.

Research suggests that this bias occurs

Onderzoek suggereert dat we daartoe neigen

because immoral behaviors are more diagnostic,

omdat immoreel gedrag meer diagnostisch

or revealing,

of onthullend is

of a person's true character.

voor wat betreft iemands ware karakter.

Okay, so by this logic,

Oké, dus volgens die logica

bad is always stronger than good

weegt slecht altijd zwaarder dan goed

when it comes to updating.

als het op herzien aankomt.

Well, not necessarily.

Nou, niet noodzakelijk.

Certain types of learning don't seem to lead

Bepaalde soorten leren lijken niet te leiden

to this sort of negativity bias.

tot een dergelijke voorkeur voor het negatieve.

When learning about another person's abilities and competencies,

Als we over iemands kunde en vaardigheden leren, bijvoorbeeld,

for instance,

this bias flips.

dan is de neiging omgekeerd.

It's actually the positive information

Dan weegt positieve informatie

that gets weighted more heavily.

ineens zwaarder.

Let's go back to that football game.

Terug naar het voetbal.

If a player scores a goal,

Als een speler scoort,

it ultimately has a stronger impact

heeft dat uiteindelijk meer impact

on your impression of their skills

op je indruk van zijn vaardigheid,

than if they miss the net.

dan als ze het net missen.

The two sides of the updating story

De twee kanten van de herzieningsmedaille

are ultimately quite consistent.

zijn uiteindelijk redelijk consistent.

Overall, behaviors that are perceived

In het algemeen is gedrag dat gezien wordt

as being less frequent are also the ones

als zeldzamer ook het gedrag

that people tend to weigh more heavily

dat mensen zwaarder laten doorwegen

when forming and updating impressions,

als ze hun indrukken vormen en herzien:

highly immoral actions

hoogst immoreel gedrag

and highly competent actions.

en hoogst competent gedrag.

So, what's happening at the level of the brain

Dus wat gebeurt er in de hersenen

when we're updating our impressions?

als we onze indrukken herzien?

Using fMRI,

Met fMRI,

or functional Magnetic Resonance Imaging,

of functionele MRI,

researchers have identified

ontdekten onderzoekers een uitgebreid netwerk van hersengebieden

an extended network of brain regions

that respond to new information

dat reageert op nieuwe informatie

that's inconsistent with initial impressions.

die inconsistent is met eerste indrukken,

These include areas typically associated

waaronder gebieden die vaak worden geassocieerd

with social cognition,

met sociale cognitie,

attention,

aandacht

and cognitive control.

en cognitieve controle.

Moreover, when updating impressions

Bovendien, bij het herzien van indrukken

based on people's behaviors,

op basis van gedragingen,

activity in the ventrolateral prefrontal cortex

komt activiteit in de ventrolaterale prefrontale cortex

and the superior temporal sulcus

en de bovenste slaapgroeve

correlates with perceptions

overeen met de beleving

of how frequently those behaviors occur in daily life.

van hoe frequent dit gedrag doorgaans voorkomt.

In other words, the brain seems to be tracking

Met andere woorden: de hersenen lijken

low-level, statistical properties of behavior

basale statistische gedragskenmerken bij te houden

in order to make complex decisions

om complexe beslissingen te kunnen maken

regarding other people's character.

over het karakter van anderen.

It needs to decide

Ze moeten beslissen

is this person's behavior typical

of iemands gedrag gewoon is

or is it out of the ordinary?

of buitengewoon.

In the situation

In de situatie

with the obnoxious-football-fan-turned-good-samaritan,

met de vervelende voetbalfan annex goede Samaritaan,

your brain says,

zeggen je hersenen:

"Well, in my experience,

"In mijn ervaring

pretty much anyone would lend someone their umbrella,

zou bijna iedereen zijn paraplu uitlenen,

but the way this guy acted at the football game,

maar hoe die vent zich gedroeg bij de wedstrijd,

that was unusual."

dat was ongebruikelijk."

And so, you decide to go with your first impression.

En dus besluit je bij je eerste indruk te blijven.

There's a good moral in this data:

De goede moraal in deze gegevens:

your brain, and by extension you,

je hersenen, en bij uitbreiding jijzelf,

might care more about

hechten misschien wel meer belang

the very negative, immoral things

aan heel negatieve, immorele dingen

another person has done

die iemand heeft gedaan

compared to the very positive, moral things,

vergeleken met heel positieve, morele dingen,

but it's a direct result

maar het is een direct resultaat

of the comparative rarity of those bad behaviors.

van de relatieve zeldzaamheid van dat slechte gedrag.

We're more used to people being basically good,

We zijn meer gewend dat mensen in essentie goed zijn,

like taking time to help a stranger in need.

zoals wanneer zij iemand in nood helpen.

In this context, bad might be stronger than good,

In die context kan slecht zwaarder wegen dan goed,

but only because good is more plentiful.

maar alleen omdat goed vaker voorkomt.

Think about the last time you judged someone

Denk eens aan je laatste beoordeling

based on their behavior,

op basis van iemands gedrag,

especially a time when you really feel

vooral als je echt merkte

like you changed your mind about someone.

dat je van gedachten veranderde over iemand.

Was the behavior that caused you

Was het gedrag waardoor je je indruk wijzigde,

to update your impression

something you'd expect anyone to do,

iets dat je van iedereen zou verwachten,

or was it something totally out of the ordinary?

of was het iets volstrekt buitengewoons?