When to use "me", "myself" and "I" - Emma Bryce

Wanner gebruik je "me/mij", "mezelf" en "ik" - Emma Bryce

Vertaald door: Karin Vermooten Nagekeken door: Christel Foncke

Me, myself, and I.

Me/mij, mezelf en ik.

You may be tempted to use these words interchangeably

Je bent misschien geneigd om deze woorden door elkaar te gebruiken

because they all refer to the same thing,

omdat ze hetzelfde betekenen,

but in fact, each one has a specific role in a sentence.

maar elk woord heeft een specifieke rol in een zin.

"I" is a subject pronoun,

"Ik" is de persoonsvorm, het onderwerp,

"me" is an object pronoun,

"me/mij' is persoonsvorm, als lijdend voorwerp.

and "myself" is a reflexive or intensive pronoun.

en "mezelf" is een wederkerend of benadrukkend voornaamwoord.

So what does that reveal about where each word belongs?

Wat wil dit allemaal zeggen over waar elk woord hoort?

Let's start with the difference between subject and object.

Laten we beginnen met het verschil tussen onderwerp en lijdend voorwerp.

Imagine the subject as the actor in a sentence

Het onderwerp is de doener in een zin

and the object as the word that is acted upon.

en het lijdend voorwerp ondergaat de actie.

"I invited her but she invited me."

"Ik nodigde haar uit, maar zij nodigde mij uit."

The object can also be the object of a preposition.

Het lijdend voorwerp kan ook een ding of een voorzetsel zijn.

"She danced around me, while he shimmied up to me."

"Zij danste om me heen, terwijl hij naar mij danste."

In some languages, like Latin and Russian,

In sommige talen, zoals Latijns en Russisch,

most nouns have different forms that distinguish subjects from objects.

hebben naamwoorden schrijfwijzen voor onderwerpen en lijdende voorwerpen

However, in English, that's only true of pronouns.

In het Engels hebben we dat alleen voor bijvoeglijke naamwoorden.

But so long as you know how to distinguish subjects from objects,

Zolang je onderwerp en lijdend voorwerp kan herkennen,

you can figure out what belongs where.

kan je uitvinden wat waar hoort.

And when you encounter a more complicated sentence,

Bij ingewikkeldere zinnen,

say one that involves multiple subjects or objects,

die meerdere onderwerpen en lijdende voorwerpen bevatten,

and you're not sure whether to use "I" or "me,"

en je niet zeker bent of je 'ik' of 'me' moet gebruiken,

just temporarily eliminate the other person,

sluit dan tijdelijk de andere persoon uit,

and once again distinguish subject from object.

en onderscheid onderwerp en lijdend voorwerp van elkaar.

Here's another.

Hier is er nog een.

You wouldn't say, "Me heard gossip," but sub in "I" and you're good to go.

Je zal nooit zeggen: "Mij hoorde roddel," maar maak er "ik" van en je bent klaar.

Then what about "myself?"

Maar wat met "mezelf"?

This grand character is often substituted for "me" and "I"

Dit karakter is vaak een vervanger voor "me" en "ik"

because it seems more impressive.

omdat het meer indruk maakt.

"Please tell Jack or myself" may sound elegant,

"Vertel het Jack of mijzelf, alsjeblieft" klinkt elegant,

but in fact, "me" is the right pronoun here.

maar eigenlijk is "mij" het goede voornaamwoord hier,

So where should you use "myself"?

Waarom zou je hier "mezelf" gebruiken?

In its function as a reflexive pronoun,

In zijn functie als wederkerig voornaamwoord,

"myself" only works if it's the object of a sentence

werkt "mezelf" alleen als het onderwerp in de zin "ik" is.

whose subject is "I."

"I consider myself the most important pronoun at this year's party."

"Ik beschouw mezelf het belangrijkste voornaamwoord in dit feestje."

"Myself" can also add emphasis as an intensive pronoun.

"Mezelf" kan ook gebruikt worden als benadrukkend naamwoord.

"I, myself, have heard others agree."

"Ik, ikzelf, heb gehoord dat anderen het ermee eens zijn"

The sentence works without it,

De zin werkt zonder even goed,

but that extra pronoun gives it oomph.

maar het extra naamwoord geeft meer zing.

To check if "myself" belongs in a sentence,

Om te controleren of "mezelf" in een zin hoort,

simply ensure that there's also an "I" that it's reflecting or intensifying.

controleer of er een "ik" is die wederkerig of benadrukt is of wordt.

So that's "me," "myself," and "I,"

Dus dat is "mij", "mezelf" en "ik",

ever ready to represent you, yourself, and you.

altijd bereid om jou, jezelf en jou te vertegenwoordigen.